Archival Research

Van Dyck


‘Virgin and Child with St John’ in a statement of Jan Carlo de Witte (10 May 1689)

Abstract

The panel painting ‘The Virgin and Child with St John the Baptist by Van Dyck’ was mentioned in a statement of Jan Carlo de Witte.

Place and date
Antwerp, 10-05-1689

Archival reference:
Felixarchief / Antwerp City Archives, N # 2822, f° 64v-65v

Transcription
Felixarchief / Antwerp City Archives, Notaris Emanuel Hendrik Peres, N # 2822, f° 64v-65v, 10-05-1689

Transcribed by Ingrid Moortgat

Publication history

Published by:

  • Duverger, Erik. (1984-2009). Antwerpse kunstinventarissen uit de zeventiende eeuw. Brussel : Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België, 1984-2009, vol. 11, p 541-542.

Panel Painting mentioned in:

  • Barnes, Susan J., Nora De Poorter, Oliver Millar and Horst Vey. Van Dyck. A Complete Catalogue of the Paintings. New Haven/London: Yale University Press, 2004, p 255.
  • As reference in the provenance of the panel painting “The Virgin and Child with St John the Baptist”.

How to cite: Moortgat, Ingrid. “‘Virgin and Child with St John’ in a statement of Jan Carlo de Witte.” In Jordaens Van Dyck Panel Paintings Project. Edited by Joost Vander Auwera and Justin Davies.
jordaensvandyck.org/archive/virgin-and-child-with-st-john-in-a-statement-of-jan-carlo-de-witte/ (accessed 26 April 2024)

© Jordaens Van Dyck Panel Paintings Project (terms and conditions)

  • hover on image to focus
  • click image to enlarge

Folio 64v

Die 10en maij 1689
Compareerde s[eigneu]r Jan Carlo de Witte, mij notaris
bekent, te kennen gevende dat s[eigneu]r Wouters
Dieltens aen hem comparant heeft vercocht
eene schilderije wesende pineel verbeldende
een Marienbelt met een kindeken ende St. Jan
geschildert door Van Dijck, dewelcke den
voorseiden comparant soude moeten nae sich nemen
ende de coopsomme voldoen binnen eenen jaere,
ende dat dies volgens deselve schilderije voor
sijns comp[aran]ts rek[ening]e ende t’sijnder dispositie soo
lange onder den voorseiden Dieltens soude blijven
berusten, alles naer breeder inhout van den
contracte daerover op den xxen december lestleden
voor den notaris Cornelis Van Den Broeck ende getuijgen
alhier ghepasseert. Ende alsoo den voorseiden comparant
op heden beneffens twee ander peroonen
naementlijck [niet ingevuld] Mertens ende desselfs
sone is gheweest ten huijse van de voorseiden Dieltens
omme t voorseiden stuck schilderije te comen sien
alwaer t selve stuck niet sijnde ende dat den voorseiden
Dieltens aen hem comparant heeft geweijgert
te segghen onder wien t selve tegenwoordich
is berustende. Soo is t dat hij comparant
gheprotesteert heeft ende protesteert mits desen
van alle costen, schaeden ende intresten die hij daerdoor
heeft geleden ende sal comen te lijden omme die te
verhaelen daer ende alsoo hij te raede vinden sal, ver-
soeckende hiervan aen de voorseide Dieltens insinuatie

Statement of Jan Carlo de Witte on the 10th of May 1689 about a painting, a panel depicting Mary with a little child and St John by Van Dyck, that Wouters Dieltens sold him. De Witte would have to pay and call for the painting within the period of one year. Until then Dieltens was supposed to hold on to the painting. The notary refers to a contract of December 1688 by the notary Cornelis van den Broeck. De Witte states that the painting is no longer in the care of Dieltens. The latter declares that the painting is in the residence of Mr Anthony and can be delivered on request.


  • hover on image to focus
  • click image to enlarge

Folio 65r

ghedaen te worden. Aldus ghedaen ende ghe-
passeert t Antwerpen ter presentien van
Pauwels Nelis ende Manuel Henricus Peres de jonghe
als getuijghen.
Jan Carel de Witte
Welcken volghende heb ick notaris voorghenoempt
tenselven daeghe mij ghetransporteert ten
woonhuijse van den voorseiden Wouter Dieltens ende
aldaer t ghene voorschreven is geinsinueert aen
sijne huijsvrouwe die mij notario voor antw[oord]e
gaff dat haeren man niet t huijs en was
ende dat sij t aen hem soude segghen.
Tenselven daeghe heeft den voorseiden Wouter Dieltens
aen mij notaris gegeven eene schriftelijcke
antwoort luijdende als volght:
S[eigneu]r Wouter Dieltkens geeft voor antwoorde
op het protest d welck den notaris Peres
op den 10en meij 1689 aen desselfs huijsvrouwe
heeft ghedaen uijt den naem van S[eigneu]r Jan
Carlo de Witte dat het stuck schilderije
verbeldende een Marienbelt met een Kindeken
ende St Jan gheschildert door … Van Dijck
staet den huijse van d heer Anthonij ende dat den
ghemelden Dieltkens bereet is t selve aen den
voorseiden de Witte alle uren te leveren beneffens
de coopsomme ende dat hij t selve ten huijse
van den ghemelden heere Anthonij can comen
sien t sij alleen ofte met meer persoonen.
Versoeckende aen den voornoempden notaris
Peres hiervan insinuatie gedaen te worden

Statement of Jan Carlo de Witte on the 10th of May 1689 about a painting, a panel depicting Mary with a little child and St John by Van Dyck, that Wouters Dieltens sold him. De Witte would have to pay and call for the painting within the period of one year. Until then Dieltens was supposed to hold on to the painting. The notary refers to a contract of December 1688 by the notary Cornelis van den Broeck. De Witte states that the painting is no longer in the care of Dieltens. The latter declares that the painting is in the residence of Mr Anthony and can be delivered on request.


  • hover on image to focus
  • click image to enlarge

Folio 65v

aen den voorseiden De Witte. Actum desen 10 meij
1689.
Welcke bovenschreven antwoort ick notaris
op de voorseiden thienden meij aen den voorseiden S[eigneu]r Jan Carlo de
Licht bij lecture hebben gheinsinueert die
t selve aenhoorde ende seijde dat hij soude doen,
prout consilij.
E.H. Peres, notarius
anno 168

Statement of Jan Carlo de Witte on the 10th of May 1689 about a painting, a panel depicting Mary with a little child and St John by Van Dyck, that Wouters Dieltens sold him. De Witte would have to pay and call for the painting within the period of one year. Until then Dieltens was supposed to hold on to the painting. The notary refers to a contract of December 1688 by the notary Cornelis van den Broeck. De Witte states that the painting is no longer in the care of Dieltens. The latter declares that the painting is in the residence of Mr Anthony and can be delivered on request.